Um die Lizenzinformationen zu sehen, klicken Sie bitte den gewünschten Inhalt an.
Hinweis zum Einsatz im Unterricht
Hörtext dazu: Taal vtaal op school I, p. 45, opdr. 12
Name:
1
Luister. Kruis het goede antwoord aan!
Wat eet Tom door de week meestal?
Wat drinkt Tom door de week?
Hoe vaak eet Janneke brood?
Wat drinkt Janneke altijd door de week?
Janneke eet in het weekend verse broodjes met worst en kaas.
In het weekend drinkt Tom geen koffie.
Janneke slaapt zondags altijd uit.
Janneke drinkt op zondag heel graag koffie met melk.
2
Luister en schrijf de goede woorden in de gaatjes!
Door de week eet ik elke dag hetzelfde. Één of twee boterhammen met jam en veel koffie om wakker te worden. En jij?
Ik eet brood. Meestal fruit. En een dun plakje ontbijtkoek, want ik moet aan mijn lijn denken. En ik drink thee. Koffie smaakt me 's ochtends vroeg niet.
En , wat eet je dan?
Name:
3
Wat eten en drinken Janneke en Tom in het weekend?
- Janneke
- Tom
